‘Backpacken met een baby door Thailand? We did it! En het was onvergetelijk’

Daar stonden we dan, bijna 4 jaar geleden op Schiphol om onze 1e backpackreis met baby Ties te maken. We hadden alleen vliegtickets en onze eerste 3 nachten verblijf geboekt. Verder wilden we het op ons af laten komen, net zoals we deden toen we met zijn 2’en op reis waren. Waar onze ouders en sommige vrienden dachten dat we compleet gek waren geworden, hadden wij alleen maar ontzettend veel zin in dit avontuur.

Na een vliegreis van 17 uur, met een tussenstop op Abu Dhabi kwamen we aan op het vliegveld van Bangkok. De reis was ons ontzettend meegevallen. Ties sliep heerlijk in het vliegtuig en gedroeg zich als een voorbeeldige baby. Na de landing zei de steward dat hij nog nooit zo’n relaxte baby had meegemaakt. Toch leuk om te horen. Nadat we onze rugzakken hadden gepakt, gingen we op zoek naar een taxi, op naar het hotel!

Overigens is het overal in Thailand makkelijk om van A naar B komen. Of het nu met een scooter, tuktuk, taxi, boot, vliegtuig of bus is, alles is mogelijk. Ook als je in no time weer wilt vertrekken.

Een 10 voor het personeel tijdens al onze overnachtingen!

In alle hotels waar wij zijn geweest, was het personeel supervriendelijk en erg lief naar Ties toe. In Thailand zijn de locals sowieso wel gek op kinderen! We zijn bij geen enkel hotel een kinderstoel tegengekomen, dus hier een gouden tip: neem een draagzak of hydrofiele luier mee, zodat die dienst kan doen als riem die je vervolgens aan de stoel vastmaakt. Tijdens onze reis vonden we het verder vooral belangrijk dat er een zwembad of strand was, zodat we elke dag konden zwemmen.

Dit waren de hotels waar wij overnachtten:

• Bangkok: New Siam 2 Guest House met leuk zwembad. Je kon er wel ontbijten, maar wij zijn elke ochtend op zoek gegaan naar een leuk tentje om te ontbijten. De kamer was ruim en er was nog genoeg plek voor Ties z’n tentje om in te slapen. Het Guest House heeft een lift, wat vooral voor het personeel fijn was, want we sliepen op de 2e etage. Het personeel stond erop om onze rugzakken naar onze kamer te brengen.
• Chiang Mai: My Chiangmai Boutique Lodge is een prachtig hotel waar de eigenaren ons ontzettend warm onthaalden. Ook hier hadden ze een mooi zwembad en ook aan de ouders was gedacht: er was een bar aan het zwembad! In dit hotel hadden we een suite en die was enorm ruim. Het kingsize bed lag heerlijk en de ruime badkamer had een douche en bad apart. Het hotel bestond ook nog niet zo lang, alles was nieuw. Het ontbijt zat bij de prijs inbegrepen. Dat was fijn, want het ligt iets buiten het centrum, maar wel op loopafstand. Je zit heerlijk buiten de drukte. Mochten we ooit weer eens naar Chiang Mai gaan, dan gaan we zeker terug.
• Phuket: Kamala Beach Resort Apartments is een mooi hotel aan het strand. Onze kamer leek wel een kleine woning met een enorme gang en was van alle gemakken voorzien, een keuken met alles erop en eraan, een kleine woonkamer en 2 grote slaapkamers. Je kunt er zowel ontbijten als lunchen als dineren. De keus van de menukaart was enorm, maar als je nu toch wat anders wilde, kreeg je een andere menukaart van het hotel dat ernaast lag. En als je een dagje aan het strand of zwembad lag, kwamen ze regelmatig vragen of je nog wat te drinken wilde hebben. Ook hier was het personeel enorm vriendelijk en het ontbrak je werkelijk aan niks.
• Ao Nang: Ao Nang Buri Resort is de moeite waard. Tip: boek een kamer met terras wat gelijkvloers grenst aan het zwembad. Toen wij de schuifdeuren open deden, lagen we 2 meter verder in het zwembad. Dat was overigens erg groot, dus de baantjestrekkers onder ons kunnen los. De kamer was ruim genoeg voor ons 3’en, maar het had ook niet over. Zelf vonden we dit niet erg, omdat je toch niet veel op je kamer bent. Een babyfoon heb je hier niet nodig, want je kamer grenst aan het zwembad en je bent dichtbij. Het hotel ligt net buiten de drukte, maar is wel op loopafstand als je de drukte wil opzoeken.
• Bangkok: Villa Cha Cha ligt midden in het gezellige backpackersdistrict van Bangkok. We hadden een ruime kamer met genoeg opbergruimte en een minikoelkast. Het zwembad was ook heerlijk en voor wie het nog niet warm genoeg was, kon de sauna in duiken. Ook hier was het personeel vriendelijk en wilde je overal mee helpen.

Elk hotel waar we waren, had wel iets. Een ding hebben ze allemaal gemeen en dat is dat het personeel ontzettend vriendelijk en lief is, vooral voor kinderen.

Street food, please!

Wij hebben overal en nergens gegeten en je kunt overal wel gezellig aanschuiven. Wat wij het lekkerst vonden was het street food. De streetfoodtentjes vind je echt overal. Meestal staat er een man of vrouw te koken en krijg je je eten geserveerd op een plastic bordje. Wat was het lekker! Zelfs ik (lees: moeilijke eter) heb mijn principes opzijgezet, dus ik zou zeggen, stap uit je comfort zone en geniet van al dat heerlijke Thaise eten. We namen de buggy mee, zodat Ties naast ons kon zitten. Neem je geen buggy mee, dan pakt het personeel je kind op en gaat ermee aan de wandel. “You mom and dad eat, we take care of this cute little baby.” In het begin moest ik er wel even aan wennen, maar laten we eerlijk zijn, het was ook wel makkelijk.

Zoals ik zei, zijn er nergens kinderstoelen. Het personeel is wel superlief en vriendelijk. Ze willen het allemaal zo goed voor je regelen. Ze hebben overigens wel hoge stoelen voor kinderen om te zitten. Als je door Bangkok loopt zie je al gauw of het restaurant lekkere chillbanken heeft om te zitten of er gewoon gezellig uitziet. We zijn geen speelhoek of speeltuin tegengekomen. Wat wel leuk is als je met oudere kinderen gaat reizen, is dat het meeste personeel de eigen kinderen meeneemt naar het werk. Wij zagen overal blonde kinderen met de lokale kinderen spelen. En ook al konden ze elkaar niet verstaan, plezier hadden ze zeker.

Ben je in Ao Nang bent en houd je van Indiaas eten ga dan naar restaurant Royal Rasoi. Dit is 180 meter van het hotel af waar wij zaten, maar wordt door de locals genoemd als het beste Indiase en Thaise restaurant van Ao Nang en daar is niks aan gelogen. We hebben er een paar keer gegeten. De eigenaar en het personeel zijn ontzettend vriendelijk en zo lief naar kinderen toe.

Supermarkten zijn er in overvloed. Mocht de kleine nu echt niks willen eten, dan zijn er genoeg om daar babyvoeding, fruit of crackers te kopen. Wat je overigens ook niet hoeft mee te nemen, is voor 3 weken luiers. Ook alle babyverzorging zijn hier te krijgen. Dit hadden wij van te voren gelukkig gelezen en zo hoefden we maar voor 3 dagen luiers mee te nemen.

Last, but not least: als je naar een Thaise markt gaat en je ziet een klein karretje met gefrituurde of geroosterde dieren, neem dan eens een paar wormen of een sprinkhaan. Zelfs Ties likte zijn vingers erbij af. Zijn oma kon zijn ouders wel wat aandoen toen ze dit hoorde, maar in Thailand is dit allemaal doodgewoon.

Dit zijn de leuke dingen die wij deden op onze reis!

Hieronder in volgorde van de plekken waar we zijn geweest met de leukste activiteiten:

Bangkok

We waren 3 dagen in Bangkok en die hebben we gebruikt om over onze jetlag heen te komen. Als we niet aan het zwembad lagen, gingen we Bangkok te voet verkennen. Zeker leuk om door al die straatjes te lopen. Ga ook eens met de boot over de rivier, scheelt vaststaan in het drukke verkeer. En verder, tuktuks zijn leuk maar je moet wel steeds onderhandelen over de prijs. Een taxi is vaak even duur en soms zelfs voordeliger als je op de meter rijdt.

Chiang Mai

In Chiang Mai bezochten we 2 tempels:  de Wat Phra Singh en de Wat Phrathat Doi Suthep. Allebei mooie tempelcomplexen. De laatste is wel een must om heen te gaan, ondanks dat je vele tredes omhoog moet lopen. Het uitzicht is adembenemend als je boven bent. Tip: vergeet niet als je de gouden bellen ziet hangen, om elke bel te laten luiden. Het boeddhisme is erg belangrijk in een groot deel van Thailand en als je de bellen laat klinken brengt dat geluk. De Chiang Mai Night Bazaar is ook een bezoekje waard. Het is een leuke markt en je kunt er ook nog eens heerlijk eten.

De Walking Street avondmarkt is de meest bezochte markt van Chiang Mai volgens de locals. Toen we er aankwamen was er niks aan gelogen; wat een drukte! Wel gezellig om eens een kijkje te nemen. Je moet er alleen net wel toevallig op zondag zijn, want deze markt wordt alleen die dag gehouden van 16.00 tot 00.00 uur. Het Thai Elephant care center is een soort rusthuis voor oude olifanten. Deze olifanten worden op een liefdevolle manier verzorgd. Je kunt er een rondleiding krijgen en dan mag je de olifanten ook zelf eten geven, maar je kunt ook een halve dag of een paar dagen met de locals meehelpen om de olifanten te verzorgen.

Een must om te doen is de Flight of the Gibbon midden in het regenwoud. Hier loop je 2 à 3 uur over loopbruggen, ga je ziplinen van boom naar boom en kom je onderweg apen tegen. Een klein nadeel was dat we dit niet met zijn 3’en konden doen en dus besloten we dat we om en om gingen en dat een van ons bij Ties bleef. Ze hebben wel een nanny service. Ga je met oudere kinderen dan mogen zij vanaf 5 jaar mee, maar ze moeten minstens 1 meter lang zijn. Nog een must is het huren van scooters. We huurden 2 dagen een scooter en verkenden de prachtige omgeving, waaronder een bezoekje aan de watervallen, rijstvelden en de vlindertuin. De vlindertuin viel overigens tegen, want binnen 5 minuten had je het wel gezien.

Phuket

De lokale markt bij Kamala Beach is zeker de moeite waard om eens te bezoeken. We hebben er heerlijk gegeten, overal ontzettend vriendelijke mensen en je kon er leuke souvenirs voor thuis kopen. We hebben ook een dag een auto gehuurd zodat we de omgeving konden verkennen. We kwamen uit bij een prachtige waterval. Een nadeel was dat ze geen autostoeltjes hadden en zo zaten we gezellig met zijn 3’en voorin. Verder genoten we heerlijk bij ons hotel aan het zwembad en het strand. Als je wilt relaxen dan kan dat best op deze plek!

Ao Nang

Een must om te doen is om per boot naar Ao Nang te gaan. Het boottochtje duurde ongeveer 2 uurtjes, maar wat je onderweg ziet is prachtig! Niet alleen het boottochtje erheen is een must, een dagje eilandhoppen zou ook op je lijstje moeten staan. Je huurt voor een dag een boot met schipper en die brengt je van eiland naar eiland. Tussendoor mag je ook nog snorkelen. Tip: neem een zwemband mee voor je kleintje. Zo konden wij snorkelen terwijl Ties heerlijk in zijn zwemband zat te chillen. Wat ook handig is om mee te nemen is een Deryan tent. Op sommige eilanden bleef je wel 2 uurtjes en zo kon Ties in zijn tent op het strand slapen. Ook hier huurden we een dagje een scooter. Zo heb je heerlijk de vrijheid om te gaan en staan waar je maar wilt en ontdek je allemaal mooie en leuke plekken.

Het boottochtje duurde ongeveer 2 uurtjes, maar wat je onderweg ziet is prachtig!

Terug bij af: Bangkok

Per vliegtuig gingen we weer terug naar Bangkok. We hingen hier nog een dagje de toerist uit. We gingen met de boot over de Chao Phraya rivier om vervolgens ’s avonds onze voeten te laten masseren. Voor diegenen die het leuk vinden, je kunt er ook kleding laten maken. Zo is mijn man Ed met 11 op maat gemaakte overhemden voor zijn werk naar huis gegaan. Wat ook leuk is om te doen is een fietstocht maken door de straten van Bangkok. Je komt dan door straatjes en plekken waar je anders nooit zou komen. Wij boekten de tocht bij Co van Kessel. Zij bieden diverse tours aan. Verder kun je je in Bangkok helemaal suf shoppen. Ga bijvoorbeeld naar MBK shopping center, een mega shopping mall waar van alles te vinden is.

En zo kwam onze backpackreis tot een eind. Ties leerde tijdens de reis kruipen op het strand, hij at de vreemdste dingen en onderging alles wat zijn ouders deden. Wat een avontuur! We zouden het zo weer doen, want backpacken met een baby door Thailand kan!